Wetenschappelijke naam
Pinus peuce
Nederlandse naam
Balkan-den
Herkomst | Albanië, Macedonië ,Bulgarije, Noord-Griekenland
Locatie | Vak 71
Aantal in het arboretum | 1
Plantjaar | 2021

Een snelgroeiende conifeer met een smal opgaande groeiwijze met later een meer horizontale takstand. Indien de boom vrijstaat zullen de takken tot onderaan gevuld blijven. Breedte 4,5 – 7 m. De groeivorm vertoont gelijkenis met P. cembra, maar duidelijk verschillend zijn de minder stijve en grijsgroene naalden van P. peuce. De gladde bast is grijsbruin en later in schubben afbladderend. Jonge twijgen zijn eerst glimmend groen, later worden ze grijsbruin. Aan de uiteinden staan de grijsgroene en vrij dikke naalden in bundels van 5 bijeen. Deze bundels staan radiaal over de twijgen verdeeld. De cilindrische kegels staan spreidend of hangen af en zijn 8 – 15 cm lang en 2 – 3 cm breed.