Van nature groeiend in het Middellandse Zeegebied. ‘Mons passulanus’ is de Latijnse naam voor de Franse stad Montpellier. Daar is de boom ook voor het eerst gevonden. Het is een forse struik tot kleine, vaak meerstammige boom die in cultuur niet vaak wordt aangetroffen. Het is een langzame groeier met een kroon van ca. 6 m breed (in volwassen staat).

De gladde stam is donkergrijs, de onderzijde van het blad is blauwgroen, de bovenzijde donkergroen, in de herfst kleurt het opvallend geel. Het blad vertoont een duidelijke overeenkomst met dat van Acer campestre maar bevat geen melksap. De bloei (geelgroen) verschijnt eind april tot begin mei, min of meer gelijktijdig met het nieuwe blad.