Boombeleving
Ook in de winter genieten van de bomen
Het gehele jaar door kun je genieten van de natuur, van de vele verschillende bomen, zeker in het arboretum van De Nieuwe Ooster. Zelf vind ik de eerste maanden in het jaar een speciale beleving. Doordat de bomen nog kaal zijn is de vorm van de boom goed te zien, zijn groeiwijze en hoe verschillend takken aan de verschillende boomsoorten groeien. Kortgeleden waren mijn vrouw en ik in ‘ons’ arboretum, genoten we van de verscheidenheid en stonden stil bij de groene treurbeuk de Fagus sylvatica ‘Pendula’ in vak 26 naast het prieeltje.
Wat een schitterend exemplaar en wat een bijzondere groei van zijn takken. Zij komen al vlak boven het maaiveld uit de stam, bijna horizontaal beginnend en kort daarop naar beneden gebogen om met een bocht toch weer snel voor omhoog groeien te kiezen. Ook met het blad aan de boom is het een mooi exemplaar, maar ontgaat je eerder deze toch bijzondere groeiwijze.
Dat zo aanschouwende, krijg je de indruk dat de boom spijt kreeg van zijn eerste beweging naar de grond met zijn takken en snel eieren voor zijn geld koos.
Er zijn meer bomen die hun takken al vlak boven het maaiveld krijgen en die dan redelijk horizontaal verder groeien. Anderen daarentegen hebben gekozen voor een redelijke stamhoogte voordat zij hun takken uitspreiden op veel verschillende manieren. Neem de Douglasspar die kaarsrecht groeit en werd gebruikt voor de masten op onze vroegere zeilschepen.
Ja, iedere boom op zich is een wonder door zijn groeiwijze, het uit de grond kunnen halen van water, het aan de lucht voorzien van zuurstof, zijn bloeiwijze, het oppeuzelen van co2, etc.
Als je je dan ook realiseert dat iedere soort een specifiek opgebouwd houtlichaam heeft, dan kun je inderdaad lang stilstaan bij ‘de boom’. Alleen al het besef dat het opstijgende water van de ene cel in de boom naar de ander overgaat om zo de bladeren van de boom van vocht te voorzien en de hoogste bomen daar wel tot zo’n 24 dagen over doen totdat het bovenaan is!
Hier, bij de bladeren, verdampt het water grotendeels en een klein gedeelte ervan wordt gebruikt bij de opbouw van nieuwe organische stof (fotosynthese).
Hoe de boom dat voor elkaar krijgt om dat water bij zijn bladeren te krijgen?
Hij moet de zwaartekracht overwinnen om dit te bereiken door hier andere krachten tegenover te stellen die ervoor zorgen dat het water omhoog wordt vervoerd.
Die krachten zijn:
- worteldruk – concentratie zouten in de wortel zijn hoger dan in het bodemwater – waardoor het water de wortel ‘instroomt’. (zout trekt vocht aan)
- zuigkracht van de bladeren, dat daardoor mede zorgt voor het transport van het water via de cellen (houtvaten) in de boom, door verdamping van het water.
- capillaire werking van de cellen (houtvaten). Het water blijft door de cohesie[1] bij elkaar en door de adhesie[2] blijft het water aan de wanden van de cellen (houtvaten) ‘kleven’. Hierbij hebben de cellen dan ook nog een eigen, speciale werking[3].
Oh als dat jonge blad verschijnt in al die verschillende tinten!
Gerard Groters
Ik ben geen deskundige op dit terrein maar slechts geïnteresseerd.
[1] Onderlinge aantrekkingskracht tussen gelijke moleculen.
[2] Onderlinge aantrekkingskracht tussen ongelijke (verschillende) moleculen.
[3] “Bos en Bomen” onder redactie van Walter Kümmerly (uitgave 1973)