Deze soort is een boom uit de cipresfamilie (Cupressaceae). Hoogte: 60-80 m in oorspronkelijk gebied. In Europa tot 40 m. De breedte van de stam kan wel zo’n 3-4 m worden. De boom kan uitzonderlijk oud worden. Schors: roodachtig bruin en vezelig; kan bij ouder worden loslaten. Blad: stomp; schubachtig; bovenzijde helder en glanzend groen; onderkant bleker. Kegels: mannelijke zijn geel en klein; vrouwelijke leerachtig, eivormig en 1,5 cm lang. De boom heeft betekenis vanwege zijn hout (western red ceder) in Westelijk Noord-Amerika.