Wetenschappelijke naam
                        
                        
                            Quercus cerris                        
                        
                            Nederlandse naam
                        
                        
                            Moseik                        
                        
                            Herkomst | Zuidwest- Azië, Zuid-en Midden-Europa                        
                    
                        Locatie |
                        vak 1 – 26                        
                        
Aantal in het arboretum | 32
Plantjaar |
                                                
                                            Aantal in het arboretum | 32
Plantjaar |
Hoogte: snelgroeiend, tot 40 m. Brede, koepelvormige kroon met opengaande takken. De schors: dof donkergrijs en ruwgegroefd, ook in het jonge stadium. Bladeren: meestal 7 tot 14 diepe driehoekige lobben aan weerszijden; bladsteel is behaard en 2 cm lang; blad is ruw en dofgroen. Bloei: roodgele mannelijke bloemen van de moseik zitten in katjes, 5-6 cm lang. De 5 mm lange eivormige vrouwelijke bloemen met donkerrode stempels en geelachtige schubben zitten in de oksels van nieuwe bladeren. Vrucht: smalle, eivormige eikel, met een erg korte steel (of steelloos).
