Wetenschappelijke naam
Chamaecyparis lawsoniana
Nederlandse naam
Californische cipres
Herkomst | Noord-Amerika (Oregon, Californië)
Locatie |
vak 15
Aantal in het arboretum | 1
Plantjaar |
Aantal in het arboretum | 1
Plantjaar |
De kroon is smal en kegelvormig; uiteinden van de takken hangen iets naar beneden. De schors is glad, grijsbruin en glimmend; later purperkleurig bruin en gegroefd. Bij oude bomen gaat de schors afschilferen. Hoogte: 60 m in land van oorsprong, in Europa 40 m. Blad: heldergroen; driehoekige en schubbige bladeren die zijn bevestigd aan afgeplatte, horizontale twijgen lijkend op varenbladeren. Vrucht: mannelijke kegels karmijnrood en knotsvormig; 5 mm; aan de toppen van de twijgen; Vrouwelijke kegels groen en bolvormig; aan de toppen van kortere twijgen. Later houtige, purperbruine kegels van 7-8 mm met gevleugelde zaden. Na wrijving van het blad: peterseliegeur!